36 kaartjes, 3 pagina's
Volgens de bekende spelregels:
Om beurten 2 kaartjes omdraaien. Draai je 2 gelijke kaartjes om, dan mag je ze houden en nog een poging doen. Ongelijke kaartjes draai je weer terug. Wie tot slot de meeste kaartjes heeft is winnaar.
Er kan op meerdere manieren een combinatie gemaakt worden: plaatje/plaatje, plaatje/woord, woord/woord, enz
Van deze keuze hangt ook af hoeveel exemplaren er van een pagina geprint moeten worden.
Alle drie gecombineerd kunnen er ook drietallen gelegd worden.
Woorden:
fiets - scooter - auto - trekker - truck - brandweer - duikboot - pont - vliegtuig - trein - tram - bus