Gezelschapsspellen

Gezelschapsspellen
Zoekspel Vervoer

Zoekspel Vervoer

1 spelbord, 36 kaartjes, spelregels, 5 pagina's

Spelregels:
• Leg het spelbord in het midden van de tafel zodat alle spelers deze goed kunnen zien.
• Leg de kleine kaartjes op een stapel met de lege kant naar boven
• Pak om de beurt een kaartje van de stapel. Zorg dat de andere spelers het plaatje niet zien
• Probeer te vertellen wat er op staat zonder het woord te noemen (beschrijven). Je kunt bijvoorbeeld zeggen welke vorm of kleur het ding heeft, of het groot is of klein, zwaar of licht, of het kan rijden, enzovoort.
• De andere spelers zoeken op het spelbord naar het ding dat is beschreven.
• Wie het eerst het plaatje op de grote kaart kan aanwijzen krijgt het kleine kaartje.
• Wie op het laatst de meeste kaartjes heeft die heeft gewonnen.

Letterspel Vervoer 1 – Spelbord

Letterspel Vervoer 1 – Spelbord

1 pagina

Spel voor max. 4 spelers met dobbelsteen en pionnen.
Speels oefenen van letters. Kom je op een autobus dan mag je een plaatje pakken. Heb je de beginletter van dat plaatje op je spelerskaart, dan mag je het plaatje er op leggen. Kaart vol? Ga zo snel mogelijk naar het midden, maar pas op voor de auto's met pech!

Bij dit spelbord horen 4 spelerskaarten, plaatjes en een kaart met spelregels.(zie Letterspel vervoer 2)

Letterspel Vervoer 2 – Spelregels, spelerskaarten + plaatjes

Letterspel Vervoer 2 – Spelregels, spelerskaarten + plaatjes

4 pagina's

Bij bovenstaand spelbord:
- 1 kaart met spelregels
- 4 kaarten om de veroverde plaatjes op te leggen als die de juiste beginletter hebben.
- Plaatjes met woorden waarvan de beginletter weg is.

Memory Vervoer 3x – Plaatjes, Woorden, Plaatje/Woord

Memory Vervoer 3x – Plaatjes, Woorden, Plaatje/Woord

36 kaartjes, 3 pagina's

Volgens de bekende spelregels:
Om beurten 2 kaartjes omdraaien. Draai je 2 gelijke kaartjes om, dan mag je ze houden en nog een poging doen. Ongelijke kaartjes draai je weer terug. Wie tot slot de meeste kaartjes heeft is winnaar.

Er kan op meerdere manieren een combinatie gemaakt worden: plaatje/plaatje, plaatje/woord, woord/woord, enz
Van deze keuze hangt ook af hoeveel exemplaren er van een pagina geprint moeten worden.
Alle drie gecombineerd kunnen er ook drietallen gelegd worden.

Woorden:
fiets - scooter - auto - trekker - truck - brandweer - duikboot - pont - vliegtuig - trein - tram - bus